wedstrijdontwerp I Hove


De stedenbouwkundige waarnemingen die ingrijpen op de ontwerpkeuzes stemmen zich af op het kwalitatief ontwerpen en bouwen van een hoekgebouw. De in de omgeving vaak voorkomende typologie is een hybride samenstelling van eengezinswoningen met hellende daken en platte daken, middelgrote appartementsgebouwen en bijgebouwen. De rooilijn vertoont een rijkheid aan incidenten, zoals: insprongen, tuinmuren, aanplantingen en leegtes. Deze incidenten worden aangewend als ontwerptool om het voorstel in te passen in zijn geaccidenteerde omgeving. Een hoekoplossing dient zich aan. Het ontwerp vervolledigt het profiel aan de straatzijde en sluit aan bij de karakteristieke bebouwing. Ter plaatse van de andere straatzijde vormt het een prominente hoek. Een verbijzonderde beëindiging van de bebouwing. Een evenwichtige gevel op schaal van het bouwblok ontstaat uit de subtiele aansluiting bij de gebouwde context: de hoogte van de aanpalende bebouwing wordt overgenomen en de karakteriestieke fragmentatie van de volumetrie wordt aangewend in de nieuwe hoekgevel.



De opdracht bestaat erin drie sociale huurwoningen te voorzien binnen het gegeven perceel. De mogelijk te bouwen oppervlakte is beperkt. De traphal is tegen de naburige bebouwing geplaatst om de beschikbare geveloppervlakte maximaal te gebruiken voor de woningen en de verdiepingen binnen de beperkte oppervlakte te voorzien van een open plan. In een opzet waar elke vloer een woning is, zou op begane grond een 2-slaapkamer appartement mogelijk zijn en op de verdiepingen een studio zonder slaapkamer per bouwlaag. Om dit te verhinderen en zo dicht als mogelijk bij de opgave te blijven (1 en 2 slaapkamer appartementen) wordt de begane grond gesplitst in een woning en een duplex type. Op niveau 2 wordt een studio type voorzien. Door de eenvoudige opzet, genereuze vrije hoogte en open-plan benadering krijgt deze woning alsnog bijzondere kwaliteiten.

